Hij wil leerlingen prikkelen om geloof in God serieus te nemen. Jouk Havinga (28) ziet het als zijn taak om dat wat jongeren tegenhoudt om te geloven, te tackelen. “Mijn missie is niet geslaagd als ze aan het eind van hun schoolcarrière zeggen dat de Bijbel een sprookjesboek is.”
Guitige blik, leuke uitstraling. Jouk Havinga weet het: leerlingen, en dan vooral de brugklassers, hebben een klik met hem. Iets wat ongetwijfeld helpt bij zijn werk dat hij beschrijft als een missionair doel. “Ik wil jongeren niet bekeren, maar hen helpen te ontdekken welke betekenis geloof in God kan hebben voor hun leven.”
CHE als rode draad
“In eerste instantie wilde ik dominee worden”, vertelt Jouk vanachter een kop koffie in een Utrechts cafeetje. Toen hij in 2012 klaar was met zijn studie Godsdienst Pastoraal Werk (hbo-Theologie) aan de CHE, deed hij een pre-master om te kunnen starten met een predikantsopleiding in Amsterdam. Maar hetzelfde jaar bedacht hij zich; hij had geen zin in nóg drie jaar studeren.
“Ik heb acht broers en zussen en achttien neefjes en nichtjes. Daardoor wist ik dat ik met kinderen kan omgaan”, lacht Jouk. Aangezien hij al een GPW-diploma had, kon hij in één jaar zijn onderwijsbevoegdheid tot tweedegraads docent halen. “Ik besloot daarvoor te gaan en schreef me in voor de kopopleiding leraar Godsdienst en Levensbeschouwing aan de CHE. Een opleiding waar je in sneltreinvaart leert lesgeven.”
Nog voordat hij zijn studie had afgerond, kon hij al aan het werk. Al snel merkte Jouk dat hij meer verdieping wilde, en dus schreef hij zich in voor de master leraar Godsdienst en Levensbeschouwing. Opnieuw aan de CHE. “Ik vind leren leuk en de CHE is een uitstekende hogeschool, dus dan is de keuze snel gemaakt, hè?”, zegt Jouk, die tijdens de master de verdieping krijgt die hij zoekt. “Je krijgt vakken die je direct kan toepassen in de praktijk, leert onderzoek doen en je gaat met studiegenoten echt de diepte in.”
Persoonlijk
Op dit moment is Jouk bezig met een visieopdracht waarin hij moet uitleggen wat volgens hem goed onderwijs is. “En dat is nog best lastig, want goed onderwijs is op korte termijn moeilijk te meten. Je kunt wel kijken naar de resultaten van de toetsen, maar als het gaat om persoonsvorming, dan heeft dat vaak pas effect op de lange termijn.”
Maar Jouk vertrouwt erop dat de manier waarop hij lesgeeft, eeuwigheidswaarde heeft. “Ik probeer ervoor te zorgen dat leerlingen zich tijdens mijn lessen gezien voelen en vertrouwd genoeg voelen om persoonlijke dingen te delen.”
Zelf probeert hij dat ook te doen. In 2010 overleed zijn moeder aan kanker. “Toen het tijdens een les aan een brugklas ging over het thema lijden en dood, heb ik dat met de klas gedeeld. Ik vertel op zo’n moment ook wat ik aan mijn geloof heb. Tieners komen vervolgens al snel met hun eigen verhaal. Op een gegeven moment zaten vier kinderen te huilen. Het is bijzonder om te zien als ze zich zo kwetsbaar durven op te stellen.”
Niet perfect
In de bovenbouw vertellen leerlingen minder makkelijk persoonlijke verhalen. Maar ook dan is het voor Jouk de uitdaging om een band met leerlingen op te bouwen. “En tegelijkertijd moeten mijn lessen ook nog boeiend zijn”, zegt hij lachend. “Om de lat voor mezelf niet te hoog te leggen, houd ik in gedachten dat niet iedere les perfect hoeft te zijn.”
Die relativering zorgt er ook voor dat Jouk de combinatie van werken en studeren volhoudt. Want zijn weken zitten vol: op maandag en zaterdag studeert hij, van dinsdag tot en met vrijdag staat hij voor de klas. Daarnaast wil Jouk ook niet het type docent zijn dat met een belerend vingertje zal zeggen dat je moet geloven. “Dat is niet meer van deze tijd.” Hij is even stil en zegt dan: “Wel hoop ik dat elke leerling door mij heen iets van Gods liefde heeft mogen ervaren.”
Lees hier meer over de master Leraar Godsdienst en Levensbeschouwing.